Neem een soeppot en breng hierin het water met de bouillon aan de kook.

Maak ondertussen de verse kruiden klaar voor in de bouillon. Snijd de galangal is zo dun mogelijke schijfjes. Kneus de limoenbladeren. Snijd de citroengrasstengel in stukken van een 6tal cm en plet door er bijvoorbeeld met een stamper een paar keer op te kloppen (of met de achterkant van een zwaar mes of kliever). Verplet ook de pepertjes.

Doe de galangal, limoenblaadjes, citroengras en pepertjes in de bouillon en laat 1 tot 2 kwartier sudderen, tot de bouillon sterk naar de kruiden ruikt.

Ondertussen snijd je het kippenvlees in reepjes en de paddestoelen in beetklare stukjes.

Snijd ook al de verse korianderblaadjes, zodat al je snijwerk gedaan is wanneer de soep klaar zal zijn.

Verwijder alle ingrediënten uit de bouillon (schep met een schuimspaan of giet door een vergiet) en doe de pepertjes terug in de bouillon wanneer je graag een pikantere smaak zal proeven.

Voeg de kip, champignons (en eventueel andere groenten) en de kokosroom bij de bouillon, breng aan de kook en laat sudderen tot de kip gaar is, (vraag uw slager om raad, 8 minuten zou zeker genoeg moeten zijn of snijd een reepje open: als het vlees binnenin nergens meer roos gekleurd is, is de kip gegaard, zorg ervoor dat je de kip niet overgaar kookt).

Roer er ondertussen naar smaak vissaus en limoensap bij (hoeveel hangt af van je smaak, de hoeveelheid zout die al in de bouillon zat en hoe zuur je limoenen zijn). Wil je het nu nog pikanter, duw dan de pepertjes plat tegen de wand van de soeppot.

Serveer deze Thaise kippensoep onmiddellijk met verse korianderblaadjes.