Om tijd te winnen zet je een soeppot met dikke bodem op het vuur, voeg er vetstof aan toe en snijd er een ui (prei of sjalot) in, zodat die al begint aan te stoven. Laat die een 5tal minuten zweten alvorens andere groenten toe te voegen (tenzij je een brede pot hebt, vul dan zo snel mogelijk de bodem met extra soepgroenten wortel en/of selder)

Ondertussen snijd je de rest van de groenten in stukjes en laat mee stoven. Kies wat je maar in huis hebt: de typische soepgroenten wortel en selder, of pastinaak, zoete aardappel, courgette, pompoen, komkommer, knolselder, stengel van broccoli of bloemkool, tot vers gepeulde erwtjes of verse maïs. Snijd ze allen in eetbare grootte wanneer je de soep niet gaat pureren, ga je de soep wel pureren, dan is de logica: kleiner gesneden stukjes zijn meer werk maar maken tijdens het stoven meer smaak. Roer zo nu en dan om zodat alle groentestukjes kunnen bruinen, en voeg indien nodig meer vetstof toe.

Ondertussen kan je ook de groenten kruiden: een snuifje rotszout, currypoeder of garam masala, fijngeraspte knoflook, gemberwortel of galangal erbij voor oosterse smaken (wat chili voor meer pit en wat kaneel om het pittige wat te compenseren zonder suiker). Voor westerse smaken uiteraard een laurierblad of 2, tijm, en wie het lekker vind: rozemarijn.

Wil je extra smaak in de soep, dan deglaceer je de bodem met wat witbier of wijn en roer je alle bruine aanbaksels weer los. Dan voeg je water of notenmelk (per 100 ml water bijvoorbeeld 10 gram cashewnoten tot melk fijn mixen in een blendertje) toe tot de groenten onder staan. Breng aan de kook, zet een deksel op de pot, zet het vuur lager en laat sudderen tot alle groenten gaar gekookt zijn (ze zijn gaar wanneer je ze makkelijk met een vork tegen de wand van de pot kan pureren). Indien je de groenten in grove stukken hebt gesneden, duurt dit maximaal een half uur. Ga je de soep niet pureren, sudder dan tot alle groenten beetgaar zijn. (wat dus minder lang is dan pureer-gaar)

Verwijder dan laurierbladeren en tijm of rozemarijntakjes en pureer: ofwel de ganse soep, ofwel schep je eerst wat groenten uit de pot zodat je soep met groentestukjes zal serveren).

Proef en breng verder op smaak met peper, rotszout en vers geperst citroensap (of neem de pot van het vuur en roer er yoghurt door wanneer je dieet dit toelaat (yoghurt is zuivel, dus niet geschikt voor paleo, de Voedselzandloper en ook niet vegetarisch).

Garneren doe je met wat je dieet je toestaat: een klassieker is echte koeroom, maar yoghurt is dikwijls ook zeer lekker en geeft de extra zure smaak die dikwijls vergeten wordt in een "zoete" groentesoep. Verder naar wens hard gekookt ei, verse fijngehakte tuinkruiden, geroosterde noten of zaden, enkele druppels sesamolie of van je beste olijfolie en klassiek voor wiens dieet het toelaat: gebakken korstjes van oud maar lekker artisanaal (zelf) gebakken brood (niet paleo, niet De Voedselzandloper en niet glutenvrij).