Breng de kippenbouillon aan de kook in een soepppot met dikke bodem.

Was ondertussen de rijst en laat uitlekken in een zeef.

Voeg de rijst toe bij de kokende bouillon, breng opnieuw aan de kook, zet het vuur zeer laag en laat de rijst garen (minstens 12 tot 15 minuten, langer mag altijd, afhankelijk van de rijst: lees ook de verpakking). Roer in het begin zo nu en dan om, zodat de rijst niet aan de bodem van de soeppot zal kleven.

Ondertussen (na een minuut of 10 rijst koken) neem je een zeer reine kom en doe hierin de eiwitten. Klop met een elektrische mixer stijf.

Voeg de eierdooiers toe en mix goed door het eiwit.

Blijf kloppen en giet er dan beetje bij beetje het citroensap bij.

Schep een tas bouillon (zonder rijst!) uit de soeppot en meng beetje bij beetje - onder voortdurend kloppen - door de eieren.

Als de rijst gaar gekookt is, neem je de soeppot van het vuur.

Roer er dan beetje bij beetje met een houten lepel het eiermengsel door en dien je avgolemono onmiddellijk op.